25 jan Kattenziekte
Geplaatst op 08:52h
in algemeen
Kattenziekte
- Wat is kattenziekte?
Kattenziekte (panleukopenie, parvovirusenteritis bij de kat) wordt veroorzaakt door het feline panleukopenievirus (FPV). Dit virus is nauw verwant aan het parvovirus van de hond. Het feline panleukopenievirus is een zeer besmettelijk maagdarmvirus dat de witte bloedcellen in het lichaam aanvalt. Hierdoor valt de weerstand van de kat weg, waardoor het bij uitblijven van behandeling bijna altijd dodelijk is. Vooral jonge kittens lopen kans om besmet te raken. Besmette dieren verspreiden het virus via de ontlasting. Katten kunnen besmet raken door een besmet of net hersteld dier of via een besmette ruimte of besmette voorwerpen. Er is een zeer acute vorm en een meer chronische vorm. De zeer acute vorm komt vooral voor bij onbeschermde kittens van 6-10 weken en is vrijwel altijd dodelijk. Bij de chronische vorm kan diarree weken tot maanden aanhouden. Als poezen tijdens de dracht geïnfecteerd worden, kunnen de foetussen besmet raken. Soms treedt hierdoor abortus op, maar vaak worden de kittens levend geboren en hebben ze een hersenafwijking waardoor ze ongecoördineerd bewegen. Bij kittens met diarree die geen zieke indruk maken is kattenziekte waarschijnlijk niet de oorzaak. Na besmetting kan het enkele dagen tot twee weken duren voor een kat ziek wordt. Het virus is niet gevaarlijk voor mensen.
- Symptomen bij kattenziekte:
- Sloomheid
- Verminderde eetlust
- Braken
- Diarree (soms met zichtbaar bloed erin of heel donkere diarree met verteerd bloed)
- Uitdroging
- Plotselinge dood bij (jong-)volwassen katten met niesziekte-achtige klachten
- Abortus
- Hersenschade bij kittens
- Diagnose
De diagnose is te stellen aan de hand van de verschijnselen en een laag aantal witte bloedcellen in het bloed. Het virus is aan te tonen met een sneltest waarmee het parvovirus bij de hond ook aangetoond kan worden. Deze test kan ten onrechte kattenziekte aantonen als een dier net voor de test gevaccineerd is.
- Behandeling
De behandeling van kattenziekte is symptomatisch. Deze bestaat onder andere uit infuus tegen de uitdroging en antibiotica vanwege de lage weerstand die katten krijgen bij kattenziekte.
- Preventie
Vaccineren is heel belangrijk om kattenziekte te voorkomen. Dit niet alleen om het individuele dier te beschermen, maar ook om ‘herd immunity’ te verkrijgen: hoe meer dieren in een populatie beschermd zijn, hoe minder gemakkelijk een ziekte zich verspreidt.
In Nederland wordt standaard tegen kattenziekte gevaccineerd. Kittens worden op 9 en 12 weken gevaccineerd, vervolgens op één jaar leeftijd en daarna jaarlijks. Dit vaccin geeft voor drie jaar bescherming tegen kattenziekte. Tegen niesziekte wordt elk jaar gevaccineerd. Het is ook aan te raden om binnenkatten te vaccineren, omdat het virus ook via de handen of kleding en schoenzolen in huis gebracht kan worden, waardoor er kans op besmetting is.
Ook is in het geval van kattenziekte een goede hygiëne belangrijk. Het virus kan tot jaren overleven in de omgeving en is erg resistent. Alleen met speciale schoonmaakmiddelen kan het virus aangepakt worden in een besmette ruimte.